De Nederlandse douane heeft lijsten gemaakt van chemische stoffen die gebruikt worden voor de productie van drugs en/of explosieven. Deze zogenaamde ‘geregistreerde stoffen’ zijn opgedeeld in vier categorieën, op basis van gevoeligheid voor misbruik van de stof:
Chemische stoffen in de categorieën 1 en 2 mogen alleen verhandeld worden met een vergunning. Dat betekent dat jouw leverancier jou om een vergunning zal vragen bij de inkoop, maar ook dat jouw klanten een vergunning nodig hebben, wil je het product aan hen verkopen. Naast de geregistreerde stoffen zijn er een aantal stoffen die gebruikt kunnen worden in explosieven en waarvoor particulieren een vergunning nodig hebben. Het gaat om:
De uitdaging zit hem natuurlijk in de verkoop van chemische stoffen waarvoor geen vergunning nodig is. Allereerst zijn er de stoffen uit categorie 3: zoutzuur, zwavelzuur, tolueen, ethylether, aceton en MethylEthylKeton (MEK). Daarnaast is er nog een lijst met niet-geregistreerde stoffen die wel gebruikt kunnen worden voor de productie van drugs. Ook hiervoor hebben kopers geen vergunning nodig:
Allylbenzeen |
Methylamine |
Platina oxide |
Benzaldehyde |
Mierenzuur |
Rode fosfor |
Benzylchloirde |
Nitroethaan |
BMK bisulfiet adduct |
Benzylcyanide |
GBL |
PMK glycidaat |
Ethylamine |
4-(mehtylthio)benzaldehyde |
Natriumzout van PMK-glycidezuur |
Formamide |
4-(methylthio)fenylazijnzuur |
|
Lithium-Aluminiumhydride |
4-Methocy BMK |
|
Omdat voor de aankoop van deze stoffen geen vergunning nodig is, moet je zelf kritisch kijken of de koper jouw producten koopt met de juiste intenties. Zorg dus dat er intern een klein alarmbelletje gaat rinkelen als er een aanvraag is voor producten met bovenstaande chemische stoffen.
Zeker bij de verkoop van precursoren waarvoor geen vergunning nodig is, moet je waakzaam zijn voor ongebruikelijke of zelfs verdachte transacties. Maar hoe herken je die nou? Als je twijfels hebt, kun je altijd het beste het gesprek aangaan met de (potentiele) klant. Dit kan soms ongemakkelijk zijn, maar mijn ervaring is dat klanten met de juiste intenties het volledig zullen begrijpen en zullen meewerken als je je drijfveren uitlegt. Dit zijn signalen of situaties waarbij je extra waakzaam moet zijn:
Als verkopende partij van precursoren voor drugs en explosieven uit de lijst geregistreerde stoffen ben je verplicht om verdachte of ongebruikelijke transacties van chemicaliën te melden. Voor niet-geregistreerde stoffen is het niet verplicht, maar ik raad je aan om dit toch gewoon te doen. De beoordeling of iets verdacht is ligt bij jou als verkopende partij. De douane wil dat verdachte situaties zo veel mogelijk gemeld worden, maar gooi niet zomaar alles bij hen over de schutting. Valse meldingen kosten de douane namelijk veel tijd die ze beter aan gegronde meldingen kunnen besteden. Kijk dus kritisch naar wat je meldt, maar ben ook zeker niet bang om te melden. Want chemische stoffen die worden aangetroffen bij het oprollen van een drugslab of terreurcel, zijn vaak te herleiden tot aan de levering van jouw bedrijf. Richt je organisatie dus optimaal in om verdachte situaties te herkennen en er adequaat op te reageren. Melden kan via het formulier van de Belastingdienst. Mail het naar precursoren@belastingdienst.nl.
Bij de verkoop van geregistreerde stoffen komen nog een aantal andere zaken kijken. Je moet bijvoorbeeld passende maatregelen nemen om opslagruimten te beveiligen tegen diefstal van de geregistreerde stoffen. Ook zijn er regels voor de etikettering. Meer informatie over regelgeving rondom de in- en verkoop van chemische stoffen lees je in de Inkoopgids gevaarlijke stoffen. In deze gids heb je de meest belangrijke informatie rondom vervoer, opslag en verpakking van gevaarlijke stoffen direct bij de hand.