In een eerdere blog hebben we je uitgelegd wanneer een stof valt onder een gevaarlijke stof, een ZZS of een CMR stof. Maar wanneer wordt een stof als gevaarlijk gezien voor het vervoer ervan? De overheid heeft daarvoor bepaald in de wet vervoer gevaarlijke stoffen dat een stof gevaarlijk is, als deze onder één of meerdere van onderstaande punten valt;
Bijvoorbeeld; ruitensproeivloeistof bevat ethanol en deze stof is brandbaar. Metaalpoeders zoals magnesium en zink ontwikkelen een brandbaar gas als ze in aanraking komen met water. Infectueuze stoffen zijn stoffen die ziektekiemen kunnen bevatten. Zoutzuur en ook sterke ontkalkingsmiddelen vallen onder bijtende stoffen. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van gevaarlijke stoffen.
Gevaarlijke stoffen moeten vervoerd worden volgens regels/eisen van het ADR (Accord relatif au transport international de marchandises Dangereuses par Route ). Het ADR is het pan-Europese verdrag voor het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg. Het ADR is in toenemende mate een globaal verdrag. Door het instellen van uniforme regels voor het vervoer van gevaarlijke stoffen in Europa wil men de kwaliteit en de veiligheid van het vervoer verhogen. Het ADR is zeer uitgebreid. In deze blog gaan we beperkt in op het ADR.
De Nederlandse vertaling van het ADR is als bijlage opgenomen in de regeling Vervoer over Land van Gevaarlijke stoffen (VLG) en valt daardoor ook onder de Nederlandse wet- en regelgeving. Met uitzondering van een aantal in het ADR genoemde extreem gevaarlijke stoffen, mogen gevaarlijke stoffen over de weg worden vervoerd volgens de voorwaarden van het ADR.
Op de MSDS worden onder meer de samenstelling van de stof, het vlampunt en de giftigheid aangegeven. De MSDS is nodig om bepaalde informatie in het ADR terug te vinden. Een producent is verplicht de MSDS aan de klant uit reiken als deze het product aanschaft. Ook veranderingen in de samenstelling van de stof moet hij aan zijn afnemers melden. De MSDS bestaat uit 16 secties met veelal technische en chemische informatie. In sectie 14 van het document staan de gegevens die relevant zijn voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, zoals:
Als de producent de stof heeft geclassificeerd onder een UN-nummer, is de stof voor het vervoer gevaarlijk en is in principe het ADR van toepassing.
Naast de Europese regels ( ADR ) voor het vervoer van gevaarlijke stoffen heeft Nederland de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (WVGS) om de veiligheid van mensen, dieren en de omgeving te garanderen bij het vervoer van gevaarlijke stoffen. Het gaat hierbij om het voorkomen van schade en hinder als gevolg van dit vervoer.
In deze wet wordt gesproken over een basisnet. Dit basisnet bestaat uit wegen, binnenwateren en hoofdspoorwegen die zijn aangewezen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Waarbij rekening wordt gehouden met het vervoer over dit basisnet, het gebruik van de ruimte langs het basisnet en een maatschappelijk aanvaardbaar veiligheidsniveau in de buurt van het basisnet.
De WVGS (artikel 2, Wet vervoer gevaarlijke stoffen) is van toepassing op:
De kans op ongelukken tijdens het vervoer van gevaarlijke stoffen is in Nederland zeer klein. Het risico op een incident of ongeval kan voor onrust zorgen bij de inwoners van gemeenten waar het vervoer van gevaarlijke stoffen doorheen gaan. Basisnet beschrijft per traject wat het maximale risico is van het vervoer van gevaarlijke stoffen. Als het risico hoog is, mogen er dicht bij het traject geen woningen komen te staan. En bijvoorbeeld ook geen ziekenhuizen, basisscholen of verpleeghuizen.
Het vervoer van gevaarlijke stoffen door tunnels in Nederland is ook vastgelegd. Niet elke tunnel mag worden gebruikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Op 1 januari 2010 is het nieuwe tunnelregime binnen Nederland van kracht geworden. De tunnels worden ingedeeld per categorie, A tot en met E. Klik hier voor de indeling van de tunnels.
In het ADR staat per tunnelcategorie aangegeven welke stoffen NIET door deze tunnels vervoerd mogen worden. Deze tunnelcategorie is trapsgewijs opgebouwd en wordt verder uitgebreid. Zo mag een stof die niet door een categorie B tunnel vervoerd mag worden ook niet door een categorie C, D en E tunnel worden vervoerd.
Dit document moet zijn opgesteld in de officiële taal van het land van afzending én in het Engels, Frans of Duits. Als het vervoer uitsluitend binnen Nederland plaatsvindt mag het document ook enkel in het Nederlands zijn opgesteld. Dit geldt ook voor het vervoer tussen Nederland en België.
Het vervoersdocument bevat ten minste de volgende aanduidingen voor elke gevaarlijke stof die vervoerd wordt:
De vrachtbrief vormt bewijs voor de inhoud van de vervoerovereenkomst, maar vervult ook andere functies. Het is daarom belangrijk de vrachtbrief volledig en duidelijk in te vullen en om een aantekening te maken op de vrachtbrief op het moment dat er iets mis gaat. Als er bijvoorbeeld een verpakking kapot is, of schade aan de lading die gemakkelijk waarneembaar is, moet daarvan gelijk een aantekening worden gemaakt op de vrachtbrief.
Nu weet je al meer over de regelgeving van gevaarlijke stoffen. Binnenkort volgt een nieuwe blog met informatie waar je nog meer aan moet denken bij het vervoer van gevaarlijke stoffen. Wil je deze niet missen? Meld je dan aan voor onze blog en je bent als eerste op de hoogte.